Het begrip opzien heeft 2 verschillende betekenissen:
1. opzien - opzien - (zag op, heeft opgezien), naar de hoogte, omhoogzien; onder eerbiedig opzien tot den Heere, met God voor oogen;
— de oogen opslaan : uit een boek opzien; zonder op te zien, werkte hij maar door, onverpoosd;
— van verwondering de oogen opslaan ; gij zult er van opzien, verwonderd over staan;
— (fig.) tegen iets opzien, iets vreezen;
— ik zie tegen de moeite, de kosten op, dat alleen weerhoudt mij;
— tegen iem. opzien, hem hoog boven zich achten, hetzij door rang of stand, hetzij wegens zijn voortreffelijkheid.
2. opzien - opzien - o. blik, oogopslag; (fig.) veel opzien baren, wekken, of maken, verbazing wekken, (ook) gerucht maken, veel van zich doen spreken.