CLOSET, o. (-s), heimelijk gemak, bestekamer, inz. eene die van eene waterspoeling voorzien is; (ook wel) de waterspoeling in eene bestekamer;
—BORSTEL, m. (-s), borstel om een closet van binnen schoon te maken;
—PAPIER, o. papier bestemd voor gebruik op een closet;
—PLANKJE, o. (-s), om daarop eene rol closetpapier te bevestigen;
—ROL, v. (-len);
—SPOELER, m. (-s).