Gepubliceerd op 14-11-2017

aangrijpen

betekenis & definitie

Aangrijpen - (greep aan, heeft aangegrepen), plotseling, snel of krachtig iets aanvatten, met verschillende oogmerken: om het vast te houden, te gebruiken of voor zich te nemen; om het gegrepene te redden of voor een ongeluk te behoeden; om zich aan het gegrepene vast te houden: een drenkeling grijpt zelfs een stroohalm aan;

- (krijgsk.) het geweer bij de exercitiën krachtig aanvatten; - met kracht aantasten, aanvallen, (den vijand); hevig aantasten, overweldigen, overmannen (van koorts, koude, schrik, angst, weemoed gezegd); een sterken indruk maken, hevig aandoen; met ijver of drift aannemen, te baat nemen (een voorwendsel, eene gelegenheid); eene handeling flink beginnen, ferm aanpakken - zich aangrijpen, zich inspannen.