Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 18-10-2023

ZUIDLAREN

betekenis & definitie

Drentse gemeente van 3520 ha met (1953) 6360 inw., van wie (1947) 84,5 pct Prot., 1 pct R.K. en 14,5 pct andersdenkenden. De zuidelijke helft van het Zuidlaardermeer behoort tot deze gemeente; langs de Oostermoersche Vaart en de Drentsche A vindt men laagveen, overigens bestaat de bodem uit pleistoceen zand.

Middelen van bestaan zijn landbouw, veeteelt, vreemdelingenverkeer en lichte industrie. Tot de gemeente behoren het dorp Zuidlaren (1947 1990 inw.), de dorpen Midlaren (700 inw.), de Groeve (320 inw.), Zuidlaarderveen (370 inw.), Schuilingsoord (590 inw.) en Westlaren (840 inw.), voorts het krankzinnigengesticht Dennenoord (1947: 1285 inw.). Het dorp Zuidlaren, met fraaie brink, een 13de eeuwse kerk en de 17de-eeuwse havezathe Laanwoud, heeft op de 3de Dinsdag in Oct. een reeds in de 13de eeuw bestaande jaarmarkt (vooral paarden), de drukst bezochte uitspanningsplaats, vooral voor de bewoners der stad Groningen en de Groninger veenkoloniën. Zuidlaren is voorts een garnizoensplaats.

< >