(1), graafschap in middenEngeland, telt op een oppervlakte van 1855 km2 (1951 522 975 inw. Het beslaat in hoofdzaak de brede laagten van de Severn en de Avon, is voor 62 pct van de oppervlakte grasland (bouwland 16,5 pct).
Rundveehouderij overweegt. Het N.O. gedeelte maakt deel uit van het industriegebied om Birmingham.(2), hoofdstad van het gelijknamige Engelse graafschap, ligt aan de Severn, is sinds 680 de zetel van een bisschop en telt (1951) 59 700 inw.
Deze stad is o.m. het winterverblijf van grondbezitters uit Wales en uit Zuid- en West-Engeland. Zij telt een groot aantal oude huizen (Commarket) en kerken (Trinity, St. Swithin, All Saints) en een door bisschop Wulfstad (gest. 1095) begonnen kathedraal waarvan het koor met de Lady-chapel, uit het begin van de 13de eeuw dateert. De noordzijde van het schip behoort tot de Décorative, de zuidzijde tot de vroeg-Perpendicular stijl (s Groot-Brittannië, Beeldende Kunst, bouwkunst). De kloostergang en het ronde chapterhouse zijn architectonisch belangrijk. Het geheel is van 1857-1873 onder leiding van sir George G.
Scott gerestaureerd. Andere belangrijke bouwwerken zijn de guildhall (1723) en de zgn. Commandery (16de eeuw), oorspronkelijk een hospitaal.
De bevolking bestaat van industrie (leren handschoenen, porselein, leer, machines, azijn, sausen, blikemballage, schoenen, landbouwwerktuigen) en handel, vooral in hop. Bij Worcester had in 1651 de beslissende slag plaats tussen de Parlementstroepen onder Cromwell en Karel II, die de nederlaag leed.
Lit.: E. F. Strange, The Cathedral Church of W. (London 1900); The Residential Attractions of W. (1938); W. H. Ede, W. Cathedral (1939).
(3), stad van (1950) 203490 inw. (Groot Worcester 273 950 inw.) in Midden-Massachusetts, bijgenaamd „Heart of the Commonwealth”, is een op heuvelachtig terrein gebouwd cultureel en industrieel centrum. De industrie omvat o.a. staalwaren, snaren, textiel, machinerieën, leerwaren, tapijten en spoorwagons. De stad is een verkeerscentrum met belangrijke spoor- en luchtverbindingen.
Instellingen van hoger onderwijs zijn de Clark University (1950: 1075 studenten en 82 docenten), het Polytechnic Institute en het College of the Holy Cross; voorts zijn er wetenschappelijke verenigingen en musea op vele gebieden. De nederzetting ontstond in 1673 en was eerst een middelpunt van de anti-Engelse, later van de anti-slavernij beweging. Na de Burgeroorlog kwamen aanzienlijke groepen immigranten naar Worcester, waarvan de Zweden en Frans-Canadezen nu nog een belangrijk deel van de bevolking vormen.
