Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 18-10-2023

WOND

betekenis & definitie

is een verbreking der continuïteit van huid en eventueel van de onderliggende weefsels.

Men onderscheidt snij-, steek-, bijt-, schaaf- en penetrerende wonden. De meeste wonden zijn het gevolg van uitwendig letsel. Is alleen de opperhuid aangetast dan geneest de wond zonder een litteken achter te laten. Diepe wonden, die niet verontreinigd zijn en waarbij weinig weefsel verloren is gegaan, kunnen worden gehecht (met draad) of gekramd (met aggraves) met het doel de wondranden tegen elkaar aan te leggen en aldus de genezing te bespoedigen. Is dit niet het geval dan blijft de wond open.

In de holte groeien door de wondprikkeling bindweefselcellen en bloedvaatjes (zgn. granulatieweefsel). Heeft dit weefsel het niveau van de huid bereikt dan is dit voor de huid een prikkel nieuwe huidcellen te vormen aan de wondranden, waardoor de wond zich ten slotte kan sluiten. Het bindweefsel heeft echter de neiging te schrompelen zodat dan een litteken ontstaat. Soms groeit het granulatieweefsel te overvloedig en komt het boven het niveau van de huid uit. Dit zgn. wild vlees kan met een zilvernitraatstift worden verwijderd, waarna de huid er over heen kan groeien. Is het huiddefect te groot dan kunnen goede resultaten worden verkregen met huidtransplantaties.

Wondgenezing kan worden vertraagd door stoornissen in de stofwisseling (o.a. suikerziekte), verminderde bloedvoorziening, vitamine G tekort en bovenal door infectie. Bij elke verwonding kunnen bacteriën het lichaam binnen komen. De wondinfectie kan zich beperken tot een oppervlakkige ontsteking, zweer, of zij kan zich via de bloeden lymphvaten door het gehele lichaam verspreiden en aanleiding geven tot gevaarlijke ziektetoestanden zoals sepsis, tetanus, belroos (z erysipelas).

A. WESSELIUS-DE CASPARIS

Wondbehandeling is gericht op een snelle genezing van de verwonding, herstel van de functie van het getroffen lichaamsdeel, waarbij wondinfecties zoveel mogelijk moeten worden voorkomen of genezen, en van een herstel van de algemene toestand. Bij elke verwonding van de huid bestaat de kans op het binnendringen van bacteriën. Deze kans wordt groter naarmate meer tijd verloopt tussen het ongeval en de behandeling. Na twaalf uren wordt iedere wond als geïnfecteerd beschouwd en dient daarom anders behandeld te worden dan een verse wond.

Bij de wondbehandeling is de asepsis van het grootste belang, terwijl aan de antisepsis, dus het doden van reeds aanwezige ziektekiemen een secundaire betekenis wordt toegekend. De wond dient zo spoedig mogelijk na het ongeval behandeld te worden. De wond en de huid rondom worden gereinigd, vuil en dode weefselresten worden verwijderd, waarna de wond, indien mogelijk, wordt gesloten. Zijn er tevens letsels van bloedvaten, pezen of zenuwen, dan worden deze tevens hersteld. Wanneer het huiddefect te groot is kan de wond niet gesloten worden, maar kan soms getracht worden met behulp van een huidtransplantatie een snelle genezing te verkrijgen.

Geïnfecteerde wonden worden conservatief behandeld. Hiertoe worden ook gerekend de verwondingen ten gevolge van mensenbeten, daar deze steeds zijn besmet met pathogene mondbacteriën. De wond wordt ook hier eerst gereinigd, maar hij wordt niet gehecht. De wond granuleert (z granulatieweefsel) dan langzaam dicht. Na enige tijd kan eventueel een transplantatie worden uitgevoerd.

Voor iedere grote verwonding geldt voorts dat eerst de algemene toestand beoordeeld moet worden, waarbij in het bijzonder gelet wordt op een eventuele shock, alvorens tot de wondbehandeling over te gaan. Verder is het wenselijk steeds anti-tetanus-serum (z tetanus) toe te dienen, eventueel met antibiotica.

< >