Engels historicus en oudheidkundige (Londen 2 Mei 1551 - Chislehurst 9 Nov. 1623), in zijn jeugd bediende of koorknaap in de universiteit van Oxford (1566-’71), werd daarna (1575—’93) leraar aan en vervolgens (1593—’97) bestuurder van de Westminsterschool te Londen, om ten slotte tot wapenkoning van koningin Elisabeth te worden aangesteld (1597). Zijn eerste en belangrijkste historisch-oudheidkundig geschrift, dat in de tijd zelf veel bijval oogstte, was Britannia, sive florentissimorum regnorum Angliae, Scotiae, Hibemiae et insularum adjacentium ex intima antiquitate chorographica descriptio (eerste uitgave: Londen 1586; voor het eerst in het Engels ver-
taald door Ph. Holland, 1610; de beste vertaling — tevens aanvulling — is die van R. Gough, 4 dln, 1806). Een ander belangrijk, meer historisch geschrift behandelt de geschiedenis van Elisabeths regering: Amales rerum Anglicarum et Hibernicarum regnante Elizabetha (het iste deel, de regering van Elisabeth tot 1588 behandelend, werd uitgegeven te Londen in 1615, het 2de deel, voltooid in 1617, werd uitgegeven te Leiden in 1625 en te Londen in 1627).
Van zijn hand zijn nog enkele andere, minder belangrijke werken verschenen. O.m. een uitgave van geschriften van Asser, Giraldus Cambrensis, Thomas Walsingham, e.a. (Anglica, Hibernica, Normannica, Cambrica a veteribus scripta, 1602 en 1603) en een verzameling grafopschriften uit de Westminsterabdij (Reges, reginae, nobiles et alii in ecclesia collegiata beati Petri Westmonasterii sepulti, 1603 en 1606). Zijn laatste levensjaren sleet Camden te Chislehurst in de door hem in 1609 gebouwde Camden-place — de woning waar Napoleon III na zijn vlucht uit Frankrijk zou verblijven en overlijden (I870-’73). De briefwisseling van Camden werd, met andere gegevens over zijn leven, in 1691 te Londen uitgegeven door Th.
Smith, Vita Guilielmi Camdeni et illustrium virorum ad G. Camdenum epistolae. Het in 1838 te Londen gestichte genootschap dat zich toelegt op de publicatie van geschiedkundige en oude literaire teksten werd te zijner ere Camden-Society gedoopt.
DR L. VOET.
