Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 18-10-2023

WELFEN

betekenis & definitie

naam van een Duits vorstelijk geslacht en van de aanhangers daarvan in verschillende tijdperken van de Duitse geschiedenis. De eerste Welfen komen in oorkonden van de 8ste eeuw voor.

De laatste mannelijke afstammeling van dit oudere Huis Welf was Welf III, hertog van Karinthië (gest. 1055). Toen was er een jonger Huis Welf, dat afstamde van een zuster van Welf III die met een Este gehuwd was. Dit Huis Welf-Este bekleedde van 1070-1139 en van 1156-1180 de waardigheid van hertogen van Beieren en daarbij van 1137-1180 die van hertogen van Saksen. Aan hertog Hendrik de Leeuw werden in 1180 door keizer Frederik I Barbarossa zijn hertogdommen ontnomen.Als partij benaming beduidde de term Welfen achtereenvolgens de partijgangers van de hertog van Saksen, dan die van de Paus, vervolgens die van de democratie. In Italië werd hij weldra (onder de vorm Guelfen) in allerlei regionale twisten gebruikt, zoals in Sicilië ter aanduiding van de Anjou-partij.

Ofschoon Hendriks zoon Otto van 1198-1215 Duits keizer was (Otto IV), steeg het Huis Welf na 1180 toch niet weer tot de oude macht omhoog. In 1235 erkende keizer Frederik II Otto IV’s neef, Otto het Kind, over zijn familiegoederen als hertog van Brunswijk-Lüneburg. In de loop der eeuwen splitste dit geslacht zich in verschillende takken ( B runs wijk, geschiedenis), waarvan die van Celle in 1692 keurvorsten (in 1815 koningen) van Hannover en in 1714 koningen van Groot-Brittannië en Ierland werden. In 1837 hield de personele unie tussen Engeland en Hannover onder het Huis Welf op door de opvolging in het eerste land van koningin Victoria. De Welfen regeerden nog in Hannover tot 1866, toen dat koninkrijk door Pruisen geannexeerd werd. Sedert handhaafden zich in de Duitse rijksdagen enige afgevaardigden van een Welfen-partij, die de wettigheid der gebeurtenissen van 1866 bleven betwisten.

In 1884 stierf de tak Brunswijk-Wolfenbüttel uit. Pas in 1913 volgde de kleinzoon van de laatste Hannoveraanse koning Ernst August als hertog van Brunswijk op. Hij regeerde tot 1918.

Lit.: Ch. Poulet, Guelfes et Ghibelins, 2 dln (Paris 1922).

< >