in Nederland vormen een onderdeel van de Nederlandse Hervormde Kerk.
Sedert 1545 waren er in de Zuidelijke Nederlanden reeds gereformeerde gemeenten onder het Kruis, Frans-talig en presbyteriaal-synodaal georganiseerd. Zij namen de confessie van Guido de Brés aan als accoord van gemeenschap. Aanvankelijk één kerkverband met de Vlaamssprekende kerken vormend, werden zij wegens de taalmoeilijkheid door de nationale synode van Dordrecht 1578 gescheiden met voor beide groepen eigen kerkeraden, classicale vergaderingen en provinciale synoden, doch steeds in het éne Hervormde kerkverband. Dit is tot op de huidige dag zo gebleven; nog steeds vormen de Waalse kerken — vertaling van églises, hoewel de nieuwe Kerkorde van gemeenten spreekt — een eigen classis in de Ned. Hervormde Kerk met als vertegenwoordigend en besturend lichaam de Réunion wallonne, waarop alle bepalingen van toepassing zijn, welke in de kerkelijke ordinanties gelden voor de classicale vergadering en de provinciale kerkvergadering. Zij kiest een breed moderamen, Waalse Commissie geheten, en is op gelijke wijze als elke andere classis in de Generale Synode vertegenwoordigd. Na de val van Antwerpen in 1585 trokken vele Franssprekende Hervormden naar het N., waar zij dus hun eigen kerken vonden ofwel vormden.
Na de herroeping van het edict van Nantes werden de Waalse kerken met meer dan 100 ooo Franse refugié’s en talrijke predikanten versterkt. Hun aantal is daarna sterk afgenomen, mede door assimilatie, terwijl omgekeerd verschillende Nederlandse families uit traditie de voorkeur aan het lidmaatschap der Waalse kerken blijven geven.
Lit.: Livre synodal contenant les articles résolus dans les Synodes des Eglises wallonnes des Pays Bas, 2 dln (1896—1904); Liste des Pasteurs dans les Egl. wall. au Royaume des Pays Bas (1818); H. J. Koenen, Gesch. v. d. vestiging en den invloed der Fransche vluchtelingen in Nederland (1846); P. J. J. Mounier, Exposé historique de l'état de l’Eglise réformée des Pays-Bas (1855).