Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 06-08-2022

Turpijn

betekenis & definitie

(Tylpinus), ten tijde van Karel de Grote aartsbisschop van Reims (gest. 788 of 794), omtrent wie verder niets bekend is. De chansons de geste over Karels oorlogen tegen de Spaanse Saracenen voeren hem ten tonele als een strijdbaar prelaat, zoals er inderdaad in de 11de eeuw aan de „kruistochten” in Spanje hebben deelgenomen.

In de eerste helft van de 12de eeuw heeft een Fransman, om propaganda te maken voor de strijd tegen de Moren, een Latijnse kroniek vervaardigd, die, met gebruikmaking o.a. van chansons de geste, de legendarische krijgsbedrijven van keizer Karel en Roland in Spanje beschrijft en die op naam van deze epische Turpijn is gesteld: Historia Karoli Magni et Rotholandi. De gefingeerde „Kroniek van de Pseudo-Turpijn” heeft in de Middeleeuwen groot gezag genoten en zij heeft op haar beurt latere chansons de geste en ook de geschiedschrijving in engere zin beïnvloed. Zij is overgeleverd in minstens 139 handschriften (ongerekend vertalingen), die alle teruggaan op een tekst in het Liber Sancti Jacobi (Codex Calixtinus heet het oudste, te Santiago de Compostela bewaarde, handschrift), een omstreeks het midden van de 12de eeuw ter bevordering van de bedevaart naar Santiago samengestelde bundel geschriften. De PseudoTurpijn vormt hiervan het 4de boek. Of de kroniek voordien als zelfstandig werk heeft bestaan, is twijfelachtig.DR A. G. JONGKEES

Bibl.: uitgaven door F. Castets (Montpellier i88o), W. Thoron (Boston 1934), C. Meredith-Jones (Paris 1936); van een latere en kortere redactie door H. M. Smyser (Cambridge, Mass., 1937); van de gehele Liber S. Jacobi, Codex Calixtinus, door W. M. Whitehill e.a. (3 dln, Santiago de Comp. 1944).

Lit.: G. Paris, De Pseudo-Turpino (1865); J. Bédier, Les légendes épiques III (3de dr. 1929), blz. 42 vlg.; G. Meredith Jones, inleiding bij zijn uitgave (1936, met bibl.); E. Lambert, L’Historia Rotholandi du Pseudo-Turpin (in: Le Moyen-Age 1943, blz. 362 vlg.); P. David, Le Pseudo-Turpin et le Guide du Pèlerin (in: Bullet. des ét. portug. 1948); M. Defourneaux, Les Français en Espagne aux Xle et Xlle siècles (1949), blz. 79 vlg.; A. Hamel, Ueberlieferung und Bedeutung des Lib. S. Jacobi und des Pseudo-Turpin (Sitzungsber. Bayer. Akad. d. Wiss., Phil.-hist. KI. 1950, II) ; J. Horrent, La chanson de Roland dans les litt. franç. et espagn. au moyen-âge (Biblioth. Fac. de Philos, et Lettres, Univ. de Liège, CXX, 1951), blz. 79 vlg. Over Franse vertalingen en hun invloed: R. N. Walpole, Charlemagne and Roland (Univ. of Calif. Public, in Modem Philol. XXI, 1944, blz. 385 vlg.); Idem, Philip Mouskés and the Pseudo-Turpin Chronicle (aldaar XXVI, 1947, blz. 327 vlg.).

< >