noemt men in Zuid-Afrika een inboorlingenbeleid, waarbij zoveel mogelijk reservaten worden aangewezen, waarbinnen het Bantoe-ras volgens eigen aard en onder eigen plaatselijk bestuur kan leven. Dit beginsel werd na 1834 meer dan dertig jaar in Natal toegepast door Th.
Shepstone. Later werd het door Afrikaner staatslieden in de practijk gebracht, om ten slotte zijn duidelijkste formulering te vinden in het inboorlingenbeleid van generaal J. B. M. Hertzog. Na Wereldoorlog II raakte het begrip op de achtergrond, omdat de Herenigde Nationale Partij toen „apartheid” tot haar beginsel verhief. Dit gaat veel verder en wil de gekleurde bevolkingsgroepen ook in de gebieden waar blanken wonen zoveel mogelijk sociaal en economisch „apart” houden.