is de naam van een oorspronkelijk gedeeltelijk gegraven, gedeeltelijk natuurlijk water. Het gegraven gedeelte loopt van Delft tot „de Kandelaar” bij Overschie en droeg in de Middeleeuwen de naam „Delf”, daarna „Schie”; het natuurlijke gedeelte was de voortzetting van het watertje, dat achtereenvolgens Striclede en Lede heette.
De Schie gaf haar naam aan het dorp Overschie, dat is Ouwerschie, en de stad Schiedam, eerst Nieuwerschie genoemd. Aan dit water ontleent het hoogheemraadschap Schieland zijn naam. In 1348 en 1400 werden van Overschie naar de Nieuwe Maas de Rotterdamse en de Delfhavense Schie gegraven, resp. ten gerieve van Rotterdam en Delft.Lit.: J. F. Niermeyer, Delft en Delfland, hun oorsprong en vroegste geschiedenis (1944); A. A. Beekman, De Wateren van Nederland aardrijkskundig en geschiedkundig beschreven (1948), in voce Schie.