Amerikaans sterrenkundige (Oyster Bay (New York), 25 Oct. 1877), werd na in Princeton en Cambridge (Engeland) gestudeerd te hebben in 1905 „instructor” in de sterrenkunde te Princeton, in 1911 gewoon hoogleraar aldaar en in 1912 tevens directeur van de sterrenwacht. Zijn werk is omvangrijk en veelzijdig.
Aanvankelijk heeft hij zich beziggehouden met de bepaling van de parallaxen der sterren, de afleiding van haar massa’s en dichtheden en theoretische beschouwingen omtrent het onderlinge verband tussen deze karakteristieke eigenschappen, in het bijzonder ook met betrekking tot de vermoedelijke evolutie der sterren. De daarbij ingevoerde voorstellingswijze van het verband tussen helderheid en spectrum is algemeen in gebruik gekomen onder de naam van Russell-diagram of Hertzsprung-Russell-diagram. Onafhankelijk van Hertzsprung vestigde hij enige jaren na deze de aandacht op het bestaan der zgn. reuzen- en dwergsterren. In latere jaren is Russell’s werk in hoofdzaak gewijd geweest aan theoretische beschouwingen over de inwendige bouw der sterren en over de samenstelling der ster-atmosferen. Russell oefent een belangrijke invloed op de sterrenkunde in Amerika uit.