Iers dichter, filosoof, schilder en journalist (Lurgan, County Armagh, 10 Apr. 1867 - Bournemouth 13 Juli 1935), signeerde in zijn jonge jaren een wijsgerig artikel met het pseudoniem Æon, maar door een zetfout werd het „Æ.”, onder welke schuilnaam hij zijn leven lang bleef publiceren. Hij heeft zich voor Ierland zeer grote verdiensten verworven door zijn werk ten gunste van de coöperaties.
Als wijsgeer en dichter kende hij als grootste inspiratie zijn verlangen naar volkomen vereniging met het absolute, verlangen dat hij incorporeerde in meest kinderlijke zielen. In zijn simpele, klare gedichten, delicaat van visie, is zijn mystiek, verweven met grote verering voor de aarde, voortdurend voelbaar. Minder veelzijdig dan W. B. Yeats, met wie hij nauw samenwerkte, schiep hij nochtans een poëtisch œuvre van bijzondere zuiverheid, het best te proeven in de door hem zelf samengestelde Selected Poems (1935).Bibl.: Homeward: Songs by the Way (1894); The Earthbreath (1897); Irish Essays (1906); Deirdre (1907); Cooperation and Nationality (1912); Gods of War (1915); Imaginations and Reveries (1915); The National Being (1917); The Candle of Vision (1918); The Interpreters (1922); Midsummer Eve (1928); Vale and other Poems (1931); Song and its Fountains (1932); The Avaters (1933).
Lit.: John Eglinton, A Memoir of A. E. (1937).