Amerikaans sterrenkundige (Charkow 12 Aug. 1897), kleinzoon van de volgende, studeerde te Charkow 1915-’19, streed in het Witrussische leger en ging in 1921 naar de V.S., waar hij assistent werd bij de Yerkes Sterrenwacht te Williams Bay, Wisconsin. In 1932 werd hij directeur van de Yerkes Sterrenwacht, zowel als van de McDonald Sterrenwacht van de Universiteit van Texas.
Sedert 1950 is hij te Berkeley hoogleraar aan de Universiteit van Californië. In 1952 werd hij tot voorzitter van de Internationale Astronomische Unie benoemd. Zijn veelzijdige wetenschappelijke arbeid ligt hoofdzakelijk op het terrein der practische astrophysica. Hij heeft o.m. onderzoekingen gepubliceerd over de spectraalclassificatie der sterren, over haar rotatie-snelheden, over het interstellaire gas en over diffuse nevels.