(Solanum L.), plantengeslacht waaraan de familie der Solanaceeën haar naam ontleende, met 1400 soorten, meest in de warmere gewesten, vooral van Amerika.
Tot de Nederlandse flora behoren afgezien van een aantal adventieve slechts 2 soorten: S. nigrum L. (,Zwarte Nachtschade), een cosmopolitisch onkruid met witte bloempjes en zwarte bessen, en S. Dulcamara L. (Bitterzoet). Belangrijke cultuurgewassen zijn de aardappel (S. tuberosum L.), de tomaat (S. Lycopersicum L.) en de vooral in de tropen om de grote, ei-vormige, witte, gele rode of paarse vruchten veel gekweekte eierplant (S. Melongena L.), die tevens sierplant is. Dit zijn ook. S. capsicastrum Link (Oranje-appelboompje), een kamerplant uit Zuid-Amerika met witte bloemen en kersgrote oranje bessen, de groenere S. pseudocapsicum L., met scharlakenrode glimmende bessen, uit Madeira, en een paar gestekelde soorten, zoals de 1-jarige S. citrullifolium A.Bv. (Tuinnachtschade), met paarsachtige, iets zygomorphe bloemen, uit Texas.