Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 18-10-2023

MORMONEN

betekenis & definitie

vormen een sekte, die zichzelf noemt: Kerk van Jezus Christus van de heiligen der laatste dagen (Church of Jesus Christ of Latter Day Saints). Deze werd gesticht door Joseph Smith (Sharon, Windsor County, 23 Dec. 1805 - Carthage, Illinois, 27 Juni 1844).

Naar zijn verhaal verscheen hem in 1823 op de heuvel Cumora de engel Moroni, die hem het geheim openbaarde van een onder een rots verborgen kist met gouden platen. Met steun van een boer, Harris, werd een en ander in Juli 1830 uitgegeven als The Book of Mormon. Geschreven in de stijl van het Oude Testament in „hervormd Egyptisch” schrift behelst het een eigenaardige geschiedenis van de oudste bewoners van Amerika, de Indianen, die zouden afstammen van de tien stammen van Israël en aan wie Christus kort na zijn opstanding verschenen zou zijn om hun de volheid van het Evangelie bekend te maken. Bij het gericht over de aan het Christelijk geloof ontrouw geworden Indianen zou o.a. de profeet Mormon zijn ontkomen. Hetgeen hij te boek stelde werd door zijn zoon verborgen en veel later door Smith ontdekt.Op 6 Apr. 1830 stichtte Smith een „kerk” in Fayette (N.Y.); hij zelf was de leider in zijn ambt van Profeet, Ziener en Openbaarder. In 1840 werd hij gevangengezet en met zijn broer door „heidenen” neergeschoten. Hij had toen reeds 12 000 volgelingen.

Brigham Young volgde hem op als „president” en in het ambt van profeet. Met een groot deel der aanhangers trok deze in westelijke richting en vestigde zich in 1847 in het Zoutmeerdal, toen nog Mexicaans gebied, nu de Staat Utah. Onder leiding van de energieke, veelal despotische Young werd de wildernis in een vruchtbaar gebied herschapen en de hoofdstad Salt Lake City gebouwd. In 1890 vaardigde Wilford Woodruff (gest. 1898), een van Young’s opvolgers, een manifest uit, waarin „de heiligen” werden ontslagen van de „verplichting der veelwijverij”, „wegens de wetten des lands”. Voordien gold de leer der polygamie. Na Woodruff volgden als „president”: Lorenzo Snow (gest. 1901), Joseph Fielding Smith (gest. 1918),HeberJ.

Grant (gest. 1945) en George Albert Smith (gest. 1951). Thans is David O. McKey president.

Het centrum der sekte ligt ook thans nog in Salt Lake City, waar men de imposante tempel van Moroni en ook de grotendeels uit hout vervaardigde Tabernakel heeft gebouwd. De beweging heeft zich van Utah uit over andere staten en ook naar het buitenland, o.m. naar Engeland (1837), Duitsland (1855), Rusland en ook Nederland, verspreid. In Nederland is de propaganda in 1861 begonnen door P. A. Schetler en A. W. van der Woude, en later voortgezet door J.

L. Smith. Blijkens de jongste volkstelling behoren in Nederland 1942 personen tot de kerk van Jezus Christus van de heiligen der laatste dagen.

De hoofdbronnen voor de leer der Mormonen zijn, naast „Het Boek van Mormon” en de Bijbel in de uitgave van Smith: The Book of Doctrine and Covenants en The Pearl of Great Price, beide met openbaringen van Smith. Van een stelselmatig geheel is geen sprake: allerlei bestanddelen van Joodse, Christelijke en Mohammedaanse oorsprong zijn hier verenigd. In sommige teksten is zelfs sprake van vele goden. Karakteristiek is verder: de verwachting van de spoedige wederkomst van Christus, de verwerping van de kinderdoop, van de leer der erfzonde en van de rechtvaardiging uit het geloof alleen en ook het zich laten dopen voor de doden met beroep op 1 Cor. 15 : 29.

Voor de organisatie is een soort van hiërarchie kenmerkend. Het opperste gezag berust bij de profeet, tevens president der kerk. Deze regeert door de priesters, die in hogere en lagere worden onderscheiden. De priesters van de orde van Melchizedek zorgen voor de geestelijke dingen, die van de orde van Aaron voor de wereldlijke. Onder deze Aaronieten kent men verder nog bisschoppen, priesters, leraars en diakenen. Allerlei herinnert aan het O.T., ook het brengen van tienden aan de priesters. Het gebruik van alkohol, tabak, thee en koffie is „de heiligen” verboden.

Niet allen volgden Brigham Young. In 1852 ontstond een nieuwe kerk, de „Reorganized Church of Jesus Christ of Latter Day Saints”. Deze pretendeerde de ware voortzetting te zijn van de kerk van Joe Smith. Een zoon van de profeet, Joseph Smith, voegde zich bij deze groep en werd in 1860 president, in 1914 opgevolgd door zijn zoon Frederick Madison Smith. Het aantal van alle Mormonen ter wereld wordt geschat op (1950) ca 1 millioen, van wie meer dan de helft in Utah.

PROF. DR G. SE VENSTER

Bibl.: The Book of Mormon (Palmyra 1830, herh. herdr. Ned. vert. Het Boek van Mormon, Amsterdam 1890. 4de dr. ’s-Gravenhage 1950); Jos. Smith, The Book of Doctrine and Covenants (Kirkland, Ohio, 1835, Ned. vert.: Het boek der leer en verbonden, Rotterdam 1908, herdr. 's-Gravenhage 1952); Idem. The Pearl of Great Price (Liverpool 1851, Ned. vert.: De paarl van groote waarde, Rotterdam 1911, herdr. ‘s-Gravenhage 1952); One Hundred Years. 1829-1930, Centennial Celebration of the Organization of the Ch. of G. (Salt Lake City 1930); V. L.

Birrell. Book of M. Guide Book (Idem 198); A. E. Starks. Complete Concordance of the Book of M. (Idem 1950).

Lit.: J. W. Riley, The Founder of M., A Psychological Study (N. Y. 1902); S. Martin, The Mystery of M. (1920); E. E.

Erichsen, The Psychological and Ethical Aspects in M. Group Life (Chicago 1922); W. A. Linn, The Story of the Mormons (New York 1923); T. van Dillen, Het Mormonisme (Kampen 1911); P. J. van Melle, Een en ander over de Mormonen (Nijkerk 1903); M. H.

A. v. d. Valk, De profeet der Mormonen, Joseph Smith (Kampen 1921); Idem, De Mormonen, hun profeet, leer en leven (Kampen 1924); J. H. Snowden, The Truth about Mormonism (N.Y. 1926); H. Bakker, Stroomingen en Sekten van onzen tijd (Utrecht 1924); Ed. Meyer, Ursprung u.

Geschichte der Mormonen (Halle a. S. 1912); F. M. Brodie, No Man Knows My History, The Life of Joseph Smith. The Mormon Prophet (New York 1946).

< >