Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 04-07-2022

Móric jokai

betekenis & definitie

Hongaars schrijver (Komorn 19 Febr. 1825 - Boedapest 5 Mei 1904), studeerde rechten doch begon reeds vroeg met letterkundig werk. In Mrt 1848 stond hij naast Petöfi aan de zijde der révolutionnairen.

Toen de revolutie van 1848 bedwongen was, wist hij door de vlucht zijn leven te redden. Hij werd later vrijgesproken, werd lid van het Hongaarse parlement en kreeg in 1896 zitting in het Magnatenhuis. Hij dankt zijn grote beroemdheid aan zijn levendige fantasie, aan zijn vlotte stijl en aan zijn verkwikkende humor. Hij wordt de Hongaarse Dumas genoemd, maar hij overtreft de Franse veelschrijver als stilist. Daarom is een vergelijking met Victor Hugo rechtvaardiger, in zijn humor doet hij soms aan Dickens denken. Naast een uitgebreide journalistieke arbeid schreef hij meer dan 100 romans, waaronder vele historische.

Hoogtepunten van zijn œuvre zijn Az arany ember (1885, Een man van goud), A ténger szemu hölgy (1890, Het meisje met de zeegroene ogen) en Egy magyar nabob (1853-’54). Ook schreef hij de tekst voor de beroemd geworden operette De Zigeunerbaron.Bibl.: Verz. werken in 100 dln (Budapest 1894-98); in io dln (herdr. 1912).

Lit.: F. Zsigmund, M. J. (Budapest 1924); J. Gal, M. J. (ald. 1925)-.

< >