(1) voormalig Spaans koninkrijk in het N.W. van Spanje, omvatte de huidige provincies León, Salamanca en Zamora. Het land was bij afwisseling onderworpen aan de Romeinen, Goten en Saracenen, door de kortingen van Asturië veroverd, in 910 in León, Asturië en Gallicië verdeeld.
In 925 werden zij weder onder de naam León verenigd, in 1037 verenigde Ferdinand I van Castilië León met Castilië. Sedert 1157 vormde León weder een afzonderlijk rijk, dat in 1230 opnieuw met Castilië verenigd werd.De bewoners, Leoneses genaamd, beroemen er zich op, oude Christenen te zijn, vrij van Moors bloed. Zij hebben vele eigenaardige zeden en gebruiken.
(2), hoofdstad der gelijknamige Spaanse provincie (groot 15377 km' met in 1948: 533060 inw.), het Legio septimo gemina der Romeinen, waaraan het koninkrijk León zijn naam ontleende, is gelegen aan de samenvloeiing van Torio en Bernesga en is een kruispunt van spoorwegen. De stad telt (1948) 52 780 inw. Een deel der oude muren (muralla) met hun torens (cubos) zijn bewaard gebleven. Vermaarde gebouwen zijn de kathedraal Santa Maria de Regla (i2de-i4de eeuw), de Augustijner abdij Colegiata de San Isodoro (11de eeuw), het klooster San Marcos (oorspr. 12de eeuw, herb. 16de eeuw in platereske stijl) en het Casa de los Guzmanes (16de eeuw). Er is enige industrie: ijzergieterij, machines, suiker. Tevens is de stad middelpunt van de linnen- en wolhandel, heeft drukke paardenmarkten en is de zetel van een bisschop.
Lit.: M. Gómez Mo ren o, Catalogo monumental de España: L. (Madrid 1925); E. Lambert, L’Art gothique en Espagne (Paris 1931);
(3), hoofdstad van het gelijknamige departement van Nicaragua, de vroegere landshoofdstad, ligt tussen het Managuameer en de Grote Oceaan op 40 km ten O. van de Pacifichaven Corinto in een vruchtbaar landbouwgebied; ruim 52 000 inw.: in 1524 gesticht.
(4) (León de las Aldamas), stad in de Mexicaanse staat Guanajuato, op 1895 m hoogte in het vruchtbare dal van de Gomez op 414 km van Mexico-stad, telt 75 000 inw., centrum van een welvarend landbouwgebied, heeft enige nijverheid.
(5), is een vruchtbaar landschap iri het N. van het Franse departement Finisterre (in Bretagne) te W. van Morlaix. Het is bekend om de klederdrachten der welvarende boerenbevolking die zich vooral met veehouderij bezighoudt. De laatste jaren worden vooral ook voedergewassen verbouwd. Bas-Léon heeft nog veel heiden met brem, en aan de kust tuinbouw. Het gebied levert vooral zware paarden. Dorpen zijn Landerneau en Landtvisiau.