Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 28-01-2023

LEKKERKERK

betekenis & definitie

Zuidhollandse gemeente in de Krimpenerwaard, aan de Lek, groot 2268 ha, telt (1951) 5150 inw., van wie 93 pct Prot. en 7 pct andersdenkenden, in een gebied van klei en laagveen, heeft veeteelt, zuivelbereiding en enige nijverheid. De gemeente omvat de polders „den Hoek en Schuwagt”.

Het dorp Lekkerkerk is de hoofdplaats van de gemeente en heeft een kom van (1947) 2840 inw.Lekkerkerk maakte in de Middeleeuwen deel uit van de heerlijkheid van de Lek, welke o.m. Ridderkerk, Lekkerkerk en Krimpen omvatte, aan het geslacht Polanen uit het huis Wassenaar-Duvenvoorde behoorde en in 1403 door huwelijk aan graaf Engelbrecht I van Nassau-Dillenburg kwam. Prins Maurits liet de heerlijkheid na aan zijn natuurlijke zoon Willem, Heer van de Leek (gest. 1627), waarna zij aan diens broer Lodewijk, Heer van Beverweerd kwam.

< >