of Kloek, Nederlands religieus dichter (bisdom Keulen ca 1560 - Schoonhoven? na 1616), voorganger bij de Hoogduitse gemeente van de Doopsgezinden, door wiens toedoen in 1591 te Keulen een fusie tot stand kwam tussen Hoogduitsen en Jonge Friezen, waarbij zich in 1592 de Waterlanders voegden (zgn. Bevredigde Broederschap).
Als voorganger te Haarlem scheidde hij zich echter in 1613 af, omdat hij strengere opvattingen huldigde over buitentrouw, ban en doop en vormde in verschillende plaatsen de gemeente der Afgedeelden. De door hem vervaardigde liederen waren bij de Doopsgezinden zeer geliefd, doch hebben geen literaire waarde.Bibl.: Het groote Liedeboeck van L. G. (Haerlem 1604, herdr. Leeuwarden 1625).
Lit.: Bibliographische adversaria II (1874/’75); W. J. V. Douwen, Socinianen en Doopsgezinden (1898); R.
Wolken, Lieder der Wiedertäufer (1903) ; D. F. Scheurleer, Ned. liedboeken (1912); Mennonitisches Lexikon I (1913); W. J.
Kühler, Gesch. v. d. Doopsgezinden II, 1 (1940).