(Cöpenick, vroeger ook Köpnick), voormalige stad, sedert 1920 deel van de stad Berlijn, 11,7 km ten Z.O. van Oud-Berlijn, aan de samenvloeiing van Spree en Dahne, heeft fabrieken van linoleum, chemicaliën, wasdoek, zeep en cichorei, glasblazerij, wasserijen, ververijen en visserij. In Apr. 1631 had bij Köpenick Gustaaf Adolf een samenkomst met de keurvorst Georg Wilhelm.
Ongeveer 5 km boven Köpenick, waar de Spree zich tot de Müggelsee verwijdt en waar zich een biologisch zoetwaterstation bevindt, zijn de druk bezochte Müggelbergen (120 m).Het stadje is algemeen bekend geworden door een schoenmaker, Wilhelm Voigt geheten (gest. Luxemburg Jan. 1922), die in de uniform van kapitein der garde te Potsdam op 16 Oct. 1906 door een 12-tal door hem opgecommandeerde soldaten het stadhuis deed bezetten en de ontvanger en de burgemeester als quasi-gevangenen door soldaten naar Berlijn deed vervoeren. Sedert noemt men dergelijke schelmstukjes wel köpenickiades.
Lit.: Roman d. W. Schäfer, Der Hauptmann von K. (1930): toneelstuk d. C. Zuckmayer (1931).