Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 28-01-2023

Kerkwijding

betekenis & definitie

maakt van een Katholiek kerkgebouw een gewijde plaats, geschikt voor de openbare eredienst. Men onderscheidt daarin verschillende graden: een eenvoudige inzegening, de zgn. benedictio ecclesiae, die door een gewoon priester mag verricht worden (Cod. jur. can.

G. 1147 § 2); de meer plechtige consecratio ecclesiae, aan de bisschop voorbehouden en welke steeds gepaard gaat met een altaarwijding (Cod. jur. can. C. 1165, § 5), want het kerkgebouw is er wegens het altaar, dat het bekronen en beschutten moet. In het begin van het Christendom had de inwijding slechts plaats door de plechtige viering van het Misoffer: van een eigenlijke kerkwijding was dus geen sprake. De ritus, thans in het Westen gevolgd, is in de loop der tijden zo gegroeid. In de catacombetijd was het gewoonte om slechts te celebreren bij de graven der martelaren. Toen men nu na de kerkvrede in 313 begon met overal tempels voor de Christelijke eredienst op te richten, hield men vast aan de traditie en maakte de nieuwe altaren tot begraafplaatsen van elders opgegraven martelaren. De Gallicaanse ritus werd langzamerhand met de Romeinse verenigd, kenbaar aan het gebruik van wijwater, wierook en zalfolie. Volgens het nu zeer uitgebreid ceremonieel worden eerst enige gebeden bij de relieken verricht; vervolgens heeft symbolisch de inbezitneming van de kerk plaats door de zuivering van de buitenmuren met wijwater, eveneens daarna van de binnenmuren en het altaar. Dan wordt op de vloer van de kerk het Latijnse en Griekse alphabet geschreven en heeft de plechtige overbrenging van de relieken plaats met de bijzetting in de altaartafel. Deze en ook de 12 kruisjes aan de wanden, elk met een kaars verlicht, worden gezalfd, waarna de Wijdingsmis wordt opgedragen. - De ritus is te vinden in het Romeins Pontificaal.Zoals eertijds bij de Joden wordt ook in de Latijnse Kerk de kerkwijding elk jaar plechtig herdacht: o.a. de wijding der vier grote basilieken van Rome, nl. van Sint-Jan-van-Lateraan op 9 Nov., van Sint-Pieter en Sint-Paulus samen op 18 Nov., van Sint-Maria-de-Meerdere op 5 Aug.; verder in ieder bisdom afzonderlijk de wijding van de bisschopskerk of kathedraal en de wijding der eigen kerk. Van deze laatste viering hebben wij het woord kermis.

< >