(d.i. „land der ongelovigen”) is een ca 13 000 km2 groot berggebied in N.O.Afghanistan, gelegen tussen 340 30' en 36° N.Br. en 70° en 710 30' O.L. v. Gr.
Het omvat een gedeelte van de Hindoe Koesj met zijn uitlopers en bestaat uit een reeks brede en nauwe dalen, door hoge, veelal met sneeuw bedekte bergruggen gescheiden. In de dalen groeien druiven, ooft, tarwe en gerst, de berghellingen zijn met wouden, vooral naaldhout, bedekt; ook is er veeteelt. De bevolking bestaat uit Kafirs (of Siah-posj), een donkere Arische volksstam, thans ten dele Mohammedaans, de uit Kasjmir geïmmigreerde Yuetsji (of „Blanke Hunnen”) en de Joesoeftsjai (Jusufzai).