reiziger in Voor-Azië (Lausanne 24 Nov. 1784 - Caïro 17 Oct. 1817), vertrok in 1809 onder de naam Ibrâhîm ibn Abdallâ alSjâmi, als Indisch-Arabisch koopman, naar Aleppo. Hier, te Palmyra en te Damascus bestudeerde hij de spreektaal der Arabieren en de Islam, deed hij reizen in het Nijlgebied en bereikte in 1814 over Dzjidda Mekka, wat hem mogelijk was, doordat hij Mohammedaan was geworden.
In zijn testament had hij zijn verzameling van handschriften, die 350 delen telde, vermaakt aan de universiteit te Cambridge.Bibl.: Travels in Nubia (1819); Travels in Syria and the holy land (1822) ; Travels in Arabia (1829) ; Notes on the Bédouins and Wahabis (1830).
