zoals wij ze kennen, dateren uit het begin van de 20ste eeuw. Richard Schirrmann, een Duits onderwijzer, heeft in 1909 in Sauerland de eerste jeugdherberg ingericht, die voldoet aan de normen zoals die ook thans nog gelden.
De jeugdherberg is een eenvoudige overnachtingsgelegenheid, die onder leiding staat van een paar „herbergouders” en waarin iedere jongere (waaronder in de regel jongens en meisjes tussen 15 en 25 jaar verstaan worden) een veilig onderdak vindt. De gemeenschap in de jeugdherberg is gebaseerd op medeverantwoordelijkheid der bezoekers en op de zelfwerkzaamheid der gasten. Er is dus geen bediening. Als zodanig hebben zij dus ook een opvoedende werking.
De jeugdherbergen zijn aanvankelijk en in de eerste plaats bedoeld voor „trekkende jeugd”, jonge mensen dus, die een tocht maken op eigen initiatief en op eigen kracht, en die telkens in de jeugdherberg een rustpunt vinden. Behalve deze vorm van individueel gebruik ziet men de jeugdherbergen thans in toenemende mate gebruiken door jeugdgroepen in verenigingsverband, door scholen voor meerdaagse schoolreizen of werkweken van middelbare scholen. Rondom de grote steden en industriecentra vindt men een krans van jeugdherbergen, die dienen voor het sterk ontwikkelde weekeinde-bezoek. Door de volkomen internationale wederkerigheid bevordert het ook in hoge mate het internationale jeugdverkeer.
Het werk in Nederland staat onder leiding van de Nederlandse Jeugdherberg Centrale, die tevens lid is van de International Youth Hostel Federation.
In 1950 waren in Nederland 48 jeugdherbergen geopend, waarin te zamen 370 000 overnachtingen geboekt werden. In de internationale Federatie zijn 25 organisaties uit 22 landen verenigd, vertegenwoordigende te zamen 2300 jeugdherbergen. De internationale Federatie omvat: Skandinavië, Groot-Brittannië, Benelux, Frankrijk, Italië, Duitsland, Oostenrijk, Ierland, V.S., Canada, Australië, Nieuw-Zeeland, Noord-Afrika. In tal van andere landen zijn bovendien aanknopingspunten voor verdere ontwikkeling aanwezig.
L. MEILINK
In BELGIË is het jeugdherbergwerk ongeveer twee jaar jonger dan in Nederland. De Vlaamse Jeugdherbergcentrale opende in 1930 de eerste jeugdherberg op de „Sippelberg” te Ganshoren nabij Brussel. Thans bestaan in België twee jeugdherbergcentralen, welker actieterrein gescheiden wordt door de taalgrens. In het N. werkt de Vlaamse Jeugdherbergcentrale (V.J.H.C.); in het Z. de Centrale Wallone des Auberges de la Jeunesse. Beide centralen vormen de Belgische Federatie der Jeugdherbergen, waarin ook vertegenwoordigers van drie ministeries, die het steunen van het jeugdherbergwerk in hun bevoegdheid hebben, zetelen. In 1950 waren in België 40 jeugdherbergen in bedrijf waarin te zamen meer dan 116 000 overnachtingen werden geboekt.
P. KIMZEKE.