Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 28-01-2023

Jan KOSTERS

betekenis & definitie

Nederlands rechtsgeleerde (Heenvliet 1 Nov. 1874), studeerde en promoveerde te Leiden, werkte van 1899-1908 aan het Dep. v. Justitie en was van 1908-1916 hoogleraar te Groningen in burgerlijk recht en internat, privaatrecht.

In 1916 werd hij lid van de Hoge Raad en in 1933 vice-president. Zijn boek over internationaal privaatrecht is het standaardwerk in Nederland over dit vak.Bibl.: Het oude tiendrecht, diss. (1899); Oud-Nederl. Jachtrecht (1910); Het internat, burgerlijk recht in Nederland (1917); Les Conventions de La Haye de 1902 et 1905 (met dr Bellemans) (1921); Les fondements du droit des gens (1925).

< >