Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 04-07-2022

Jan kalf

betekenis & definitie

Nederlands kunsthistoricus (Amsterdam 18 Mei 1873), studeerde Nederlandse letteren en kunstgeschiedenis te Amsterdam en werd doctor honoris causa van de Utrechtse universiteit (1912). Van 1903-1918 was hij secretaris van de rijkscommissie voor de inventarisering der monumenten en van 1918-1939 directeur van het rijksbureau voor de monumentenzorg, daarna van 1939-1946 rijksinspecteur van de kunstbescherming tegen oorlogsgevaren.

Hij was sedert 1927 lid van de Kon. Akademie van Wetenschappen. Onder zijn leiding kwamen talrijke restauraties tot stand, waarbij hij een moderne stijl voorstond.Bibl. (voorn. werken): De katholieke kerken in Nederland (1906-1910); De monumenten van Geschiedenis en Kunst in de voormalige Baronie Breda (1912).

< >