(1) regentschap aan de noordkust van West-Java, is onderverdeeld in de districten Indramajoe, Karangampel, Djatibarang, Losarang en Kandanghaoer. De bodem is vlak en telt in het W. vele rawahs (moerassen).
De TjiManoek stroomt van Z. naar N. er doorheen. Sinds de bevloeiing uit de Rantang-werken, in deze rivier aangebracht, levert Indramajoe een groot rijstoverschot op, maar is de prauwvaart achteruitgegaan. De bevolking spreekt hier een Javaans dialect (z ook Cheribon).(2), hoofdplaats van het er naar genoemde regentschap in West-Java, thans van weinig betekenis, was het bij de komst der Portugezen en Nederlanders in de Archipel een belangrijke handelsplaats. De kotta bezit enkele grote rijstpellerijen.
Lit.: T. A. Tengwall, Grondgesteldheid der kustvlakte van Indramajoe en Krawang. Archief v. d. Suikerind. 1926; G. G.
G. J. van Steenis, Landschap en flora in Indramajoe. Trop. Natuur jg- 25 (1936).