een der zwaarste dijken in Nederland, bevindt zich tussen Kamperduin en het dorp Petten in Noordholland, waar over een lengte van meer dan 5 km de duinen ontbreken. Eigenlijk bestaat hij uit twee delen: de Hondsbossche zeewering, 4556 m en de Pettemer Zeewering, ten N. daarvan.
De eerste bestaat uit een kunstmatig aangelegde zanddijk, de Wakerdijk geheten en een daarvoor aangelegd paalschermwerk, aan de zeezijde beschermd door een met steen bezet rijsbeslag, waarvan op het strand 29 hoofden zijn gelegd. Achter de Wakerdijk ligt de korte Droomerdijk, ca 500 m lang, zich uitstrekkende van de Wakerdijk tot de oude Schoorlsche Zeedijk. Verder landinwaarts ten Z.O. van deze ligt de bijna 2000 m lange Slaperdijk, van de duinen bij Hargen tot de oude Schoorlsche Zeedijk. De Pettemer zeewering loopt van de Wakerdijk tot aan de duinen ten N. van Petten. Hij is op dezelfde wijze gebouwd als de Hondsbossche zeewering, telt echter slechts 6 hoofden op het strand.De Hondsbossche zeewering is aangelegd bij octrooi van 1477 (door het Hof van Holland) en wordt onderhouden door het in 1555 zelfstandig geworden „Hoogheemraadschap van den Hondsbossche en Duinen tot Petten”, dat in 1919 is opgeheven, toen ten aanzien van de zeeweringen in Hollands Noorderkwartier een nieuwe regeling werd getroffen. De Pettemer zeewering werd door het dorp Petten, bijgesprongen door het bestuur van de Hondsbossche en door de Staten van Holland onderhouden, na 1798 soms ook gesteund door het Rijk, totdat zij in 1876 eindelijk geheel bij het Rijk in onderhoud kwam. De Hondsbossche zeewering is thans in beheer en onderhoud bij het Hoogheemraadschap Noordhollands Noorderkwartier.
De Slaperdijk dagtekent reeds van 1526, de Droomerdijk van 1614, de Wakerdijk van 1624, doch werd eerst in de jaren 1836-1849 van paalwerk tot dijkbescherming voorzien, waarmede aan het voortwoekeren der zee en de daardoor noodzakelijke binnenwaartse verplaatsing van de dijk een einde kwam. De dijk is in aanleg 75,24 m en op de kruin 10,26 m breed.