Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 18-10-2023

HOMOGEEN

betekenis & definitie

(1) noemt men zodanige stoffen, waarvan alle delen volkomen in samenstelling en eigenschappen met elkaar overeenstemmen, met andere woorden, die door haar gehele massa heen uit dezelfde stof bestaan. Het tegenovergestelde van homogeen is heterogeen (of inhomogeen).

(2) noemt men in de rekenkunde zulke grootheden, die alle door dezelfde eenheid meetbaar zijn, dus ongeveer: gelijksoortig-, 3 gld en 7 gld zijn homogeen; 3 m en 8 l daarentegen heterogeen (ongelijksoortig of inhomogeen). In de algebra noemt men een veelterm homogeen indien alle termen van dezelfde graad in de gezamenlijke veranderlijken zijn of algemener gezegd, indien na vermenigvuldiging van alle veranderlijken met k de functie met een macht van k wordt vermenigvuldigd. Algemeen heet een functie ƒ (x,y,z, ...) homogeen, als ƒ (tx, ty, tz,...) = tk f (x, y, z, …). Stelt men een homogene functie gelijk nul, dan verkrijgt men een homogene vergelijking. Een homogene differentiaalvergelijking is een differentiaalvergelijking* : ƒ (x, y, dy/dx, …., dny/dnx) = 0 die homogeen is in_y en haar afgeleiden.

In de natuurkunde spreekt men van een homogeen krachtveld, indien alle krachten gelijk en gelijkgericht of vectorisch gelijk zijn en van een homogeen lichaam, als het overal van dezelfde samenstelling en hetzelfde s.g. is.

< >