(1) of bergslot in het in 1849 bij Pruisen ingelijfde vorstendom Hohenzollem-Hechingen, verheft zich nabij de stad Hechingen op de Zollerberg (300 m hoog). Bovengenoemd slot, vroeger Sölre, Söller, Soller of Zolre geheten, is het stamslot van het Huis Hohenzollern.
Het is gebouwd in de 11de eeuw, uit welke tijd echter slechts een kapel over is. In 1423 werd het door de Zwabische Rijkssteden veroverd en verwoest, doch in 1454 weder opgebouwd. In de Dertigjarige oorlog werd het echter wederom vernield door de Zweden en de Württembergers, doch Frederik Willem IV, koning van Pruisen, deed het stamslot van zijn geslacht in 1850-1867 naar het oude bestek en in de stijl der 14de eeuw volgens de plannen van Stüler herstellen. Sedertdien behoorde het kasteel voor 2/3 aan het Pruisische koningshuis en voor ⅓ aan de vorsten van Hohenzollern-Sigmaringen.(2) (of Hohenzollernse Lande), twee naar het slot Hohenzollern genoemde, vroeger souvereine, sedert 1849 bij Pruisen ingelijfde vorstendommen {Hohenzollern-Hechingen en H.-Sigmaringen). Zij vormden samen een smalle, lange, 1142 km2 grote landstrook, die door Württemberg en Baden ingesloten werd. Thans zijn zij opgenomen in het Westduitse Land Württemberg Hohenzollern.