Nederlands physioloog (Alkmaar 9 Mrt 1859 - Groningen 5 Jan. 1924), studeerde eerst chemie en hield zich, na zijn promotie tot doctor in de scheikunde in 1883, bezig met physiologisch-chemische problemen. Hij studeerde inmiddels ook geneeskunde, waarin hij in 1888 promoveerde. 13 jaar was hij als leraar in Physiologie, histologie en pathologie aan de Veeartsenijschool verbonden.
In 1901 werd hij hoogleraar in de physiologie te Groningen, waar hij een uitstekend laboratorium kon inrichten. In hoofdzaak betreffen zijn onderzoekingen en publicaties de osmotische druk en de ionenleer, o.a. in verband met physiologische vraagstukken.Bibl.: belangrijkste publicaties: Osmotische Druck und Ionenlehre in den medizinischen Wissenschaften, 3 dln (Wiesbaden 1901-1904); Physik-chem. Untersuchungen über Phagocyten (Wiesbaden 1912).