Duits veldheer (30 Oct. 1882 Frankrijk eind Aug. 1944), diende tijdens Wereldoorlog I als kapitein bij de Generale Staf. Daarna werd hij opgenomen in de Rijksweer waarbij hij in 1923 tot majoor bevorderd werd.
Van 1924-1927 was hij werkzaam aan het ministerie van Rijksweer. In Sept. 1933 werd hij als gen.-majoor belast met de functie van inspecteur van de Nachrichtentruppe. In Apr. 1934 werd von Kluge luitenant-generaal divisiecommandant, in Sept. 1934 chef van de Wehrkreis VI (Münster) en in 1935 bevelvoerend generaal van het 6de Legerkorps.In het begin van Wereldoorlog II voerde hij het bevel over het 4de leger, eerst gedurende de veldtocht in Polen en daarna bij het offensief in het Westen in België en Frankrijk. Op 19 Juli 1940 werd hij bevorderd tot generaal-veldmaarschalk.
In 1941 commandeerde hij het Duitse front tegenover Moskou en kreeg in 1942 het opperbevel over de Duitse legergroep „Midden” in Rusland.
Toen na de invasie in Normandië von Rundstedt op 2 Juli 1944 in ongenade was gevallen werd het opperbevel in het Westen aan von Kluge opgedragen. Betrokken bij de samenzwering tegen Hitler, welke leidde tot de aanslag van graaf Stauffenberg op 20 Juli 1944 op de Führer, heeft hij zich eind Aug. 1944, voordat hij door de Gestapo kon worden gearresteerd in Frankrijk, van het leven beroofd.