Nederlands zeevaarder (Amsterdam ca 1570 - „buitenslands” na 1598), bezocht de zeevaartschool van Robbert Robbertsz. Le Canu en maakte de reizen van Jacob van Heemskerck en Willem Barentsz naar het Noorden in 1595 en 1596-1597 (tocht naar Nova Zembla) mede.
Hij gaf later daarvan, en van de voorafgaande tocht van 1594, een beschrijving in het licht, die enorme opgang maakte. Het verhaal is niet zeer nauwkeurig (na de publicatie ontstond een hevige polemiek met zijn leermeester e.a. zeevaartkundigen), doch heeft zowel literaire als documentaire waarde als enige getuige van een hoogst belangrijke onderneming.Bibl.: Waerachtighe beschryvinghe van drie seylagien... by noorden Noorweghen, Moscovia ende Tartaria (Amstelredam 1598, herdr. 1599, 1605 enz., uitg. met inl. d. S. P. I/Honoré Naber: Reizen v. Willem Barentsz., Jacob v. Heemskerck e.a. naar het Noorden 1594-97, 's-Gravenhage 1917, in de: Werken uitg. d. de Linschoten-Ver., 14/15), Lat. vert. 1598, Fr. vert. 1598, 1600 enz., Duitse vert. 1598 enz., Eng. vert. 1609, Ital. vert. 1599.
Lit.: E. W. Moes-C.P. Burger Jr.,De Amst.boekdrukkers, III (1910), blz. 109 e.v., 269 e.v.