is de algemene, benaming voor vergiftiging met gasvormige stoffen. Meestal bedoelt men er in het bijzonder de vergiftiging door lichtgas, kolendamp e.d. mede, die vnl. aan het daarin aanwezige koolmonoxyde moet worden toegeschreven (z koolmonoxydevergiftiging).
Behalve deze komen er in de natuur en in de techniek tal van andere gassen voor die, ingeademd, op verschillende wijzen veelal dodelijke vergiftigingen ten gevolge hebben. Sommige worden met het opzettelijk doel mens en dier onschadelijk te maken, nl. als strijdmiddel, gebruikt (z oorlogvoering, chemische). Verder is er tegenwoordig wel geen enkel chemisch of technisch bedrijf, waarbij de inademing van een of ander schadelijk gas niet in aanmerking komt. In mijnen, fabrieksstreken, in nauwe straten (onvolkomen verbrande benzine, rioolgas), in tunnels, in moderne vervoermiddelen, bij desinfecties en brandblussing dreigen dagelijks de gevaren van vergiftiging met gassen, dampen, of nevels.
Het vraagstuk der gasvergiftigingen heeft niet alleen de belangstelling van chemici, industriëlen, geneeskundigen en militaire autoriteiten, doch houdt tegenwoordig ook de burgerlijke autoriteiten in verband met de bescherming tegen oorlogsgevaar bezig.Volgens Henderson en Haggard worden de schadelijke gassen in de volgende vier grote groepen ingedeeld:
1. Verstikkende gassen, die, hetzij de toevoer van een voldoende hoeveelheid zuurstof door een verandering van de concentratieverhouding naar de longen belemmeren (bijv. stikstof, waterstof, helium), hetzij de binding van de zuurstof aan de bloedkleurstof (het transportmiddel van het organisme voor zuurstof) belemmeren (z koolmonoxydevergiftiging), of het gebruik van de zuurstof in de weefsels verhinderen (blauwzuur). De ademhalingsorganen worden hierdoor niet beschadigd.
2. De prikkelende gassen, waartoe verschillende soorten behoren, beschadigen de luchtwegen en het longweefsel zeer ernstig en voeren zodoende indirect tot verstikking (bijv. chloor, phosgeen).
3. Narcotische gassen of dampen kunnen het centrale zenuwstelsel verlammen en daarbij al of niet ook andere levensgewichtige organen, bijv. hart, lever, bloedvormende organen, nieren, ernstig benadelen (methyleen, lachgas, chloroform, benzol en vele andere).
Ten slotte worden in een vierde groep allerlei gassen en vluchtige stoffen samengebracht, die op zeer uiteenlopende wijze een vergiftiging kunnen teweegbrengen, bijv. arseen- of phosphorwaterstof, kwikdamp e.a. In het algemeen onderscheidt men de onmiddellijke, heftige vergiftigingsverschijnselen naast de symptomen, die door chronisch inwerken van geringe concentraties of als gevolg van een gasvergiftiging optreden. De aard der intoxicatieverschijnselen hangt af van het oorzakelijk gas.
De behandeling van deze vergiftigingen bestaat in de eerste plaats in verwijderen uit de schadelijke atmosfeer, toevoer van zuurstof, zo nodig toepassing van kunstmatige ademhaling, terwijl de getroffene zich zo min mogelijk mag bewegen. Er dient tegen warmteverlies gewaakt te worden. Middelen tot prikkeling van het ademhalingscentrum en ter verbetering van de bloedsomloop moeten veelal ingespoten worden. Soms zijn aderlatingen en inspuitingen van physiologische zoutoplossingen noodzakelijk.
Uitgebreide maatregelen zijn voorgeschreven om in bedrijven het ontwijken van schadelijke gassen en dampen te voorkomen en voortdurende controle van de afwezigheid in de lucht van giftige, vuurgevaarlijke en explosieve stoffen dient te worden uitgeoefend. Voor het beschermen tegen gasgevaar, vooral als oorlogsmaatregel, kent men de groepsbescherming in gasvrije ruimten en de individuele bescherming door gasmaskers (z oorlogvoering, chemische), die o.a. ook door redders van individuen uit een met schadelijke gasmengsels gevulde ruimte (mijnen, tanks, gashouders, riolen, brandende percelen) moeten worden gedragen.
DR J. VAN NIEKERK
Lit.: Henderson and Haggard, Noxious Gases; Flury und Zern ik, Schädliche Gase (Berlin 1931).