Frans filosoof (Parijs 1 Aug. 1588 - 9 Mei 1672), uit een adellijk geslacht uit Maine, werd in 1639 lid der Académie en in 1649 belast met de opvoeding van de hertog van Anjou, de latere Lodewijk XIV. Zijn geschrift [i]De l’instruction de M.
Ie Dauphin[/i] ( 1640) verschafte hem de gunst van Richelieu. Filosofisch stond La Mothe op een sceptisch standpunt, dat hij verdedigde in zijn voornaamste werk Dialogues de Oratius Tubero.Bibl. : Quatre dialogues faits à l’imitation des anciens par Orasius Tubero (Francfort 1604), herdr. ald. 1506 (sic) met 2de dl: Cinq autres dialogues (1606), in werkelijkheid verschenen I630-33, herdr. als: Cinq Dialogues faits... par Oratius Tubero (Mons, d.i. Amsterdam 1671, laatste dr. Berlin 1744,2 ervan herdr. d. E. Tisserand, Paris 1922); Œuvres in 2 dln (Paris 1654), ,5 dln (ald. 1669), in 7 dln (Dresden 1756-59)
Lit.: L. Étienne, Essai sur la M. le V. (1849); R. Kervilex, F. de la M. le V. (Paris 1879) ; F. L. Winckelgren, La M. de V., diss. Paris (1934).
