Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 28-12-2022

Emiel DELRUE

betekenis & definitie

Vlaams schrijver (Antwerpen 27 Mei 1887 - St Truiden 9 Febr. 1918), vertrok op 21 jarige leeftijd naar Senegal (Frans West-Afrika) in dienst van een Portugese maatschappij en maakte er een tocht tot diep in het Soedanese binnenland, deels per prauw. Na 8 maanden keerde hij om gezondheidsredenen naar Antwerpen terug.

Hier legde hij een verbazende letterkundige activiteit aan de dag. Onder de schuilnaam Emiel van der Straeten schreef hij tal van gedichten (vnl. sonnetten), legenden en verhalen, alsook verschillende toneelspelen, een uitgebreide en gevarieerde productie die grotendeels verspreid ligt in Vlaamsche Arbeid, waar hij van 1910-1914 mederedacteur van was. In zijn nalatenschap vond men nog talrijke onuitgegeven manuscripten. Delrue’s zeer ongelijke productie lijdt onder een opvallend gebrek aan zelfcontrole.

Zijn hoofdwerk Zuiderkruis blijft, om de fragmentaire schoonheid van zijn weelderige visionnaire taferelen, tot op heden het belangrijkste exotische werk in de Vlaamse literatuur.DR R. F. EISSENS

Bibl.: Dorpelingske (Antwerpen 1909); 1302 (ibid. 1911); Zuiderkruis (ibid. 1911); De Slaapzieke (ibid. 1912); Soedaneesche Legenden (Maldegem 1912); 56e Soedaneesche Legende (ibid. 1913); Alexander (Brugge 1913); Lutgart, Herderin van het Vlaamse Volk (Leuven 1947).

Lit.: J. Muls, Melancholia (Leuven 1929).

< >