Sir, Engels economist (Londen 16 Mei 1641 - 31 Dec. 1691), was een bestrijder van het in zijn tijd oppermachtige mercantilisme. In het bijzonder keerde hij zich tegen de mercantilistische theorie van de betalingsbalans: internationale handel is, volgens North, een zaak van wederzijds voordeel.
De rijkdom van een land staat los van het bezit aan edele metalen, doch berust op de menselijke arbeid, samenwerkende met grond en kapitaal, die hij als een aparte productiefactor wenst te zien. De kapitaalrente hangt af van vraag en aanbod van kapitaal en kan slechts laag zijn in tijden van voorspoed. North was een voorloper van de latere „laissez faire”- en vrijhandelsgedachten.Bibl.: Discourses upon Trade, principally directed to the Cases of Interest, Coynage, Clipping, Increase of Money (London 1691; herdrukt: Baldmore 1907).
Lit.: J. W. Angell, The Theory of Internat. Prices (Cambridge, Mass., 1926); J. Visser, Engl. Theories of For.
Trade before Adam Smith (Joum. of Pol. Econ., vol. 38,1930, pgs 249 e.v. en 404 e.v.).
