Belgisch sociaal hervormer en organisator (Brussel 29 Juni 1804 - 21 Juli 1868), studeerde rechten te Luik en Gent en promoveerde in 1825 op een merkwaardige thesis tegen de doodstraf. In 1828 werd hij wegens publicatie van een brochure over dit onderwerp veroordeeld.
Als aanhanger van de vrijheidsgedachte trad hij in 1827 toe tot de redactie van Le Courrier des Pays-Bas en behandelde er sociale en juridische aangelegenheden. Uit dezen hoofde werd hij op 28 Oct. 1828 aangehouden en op 13 Dec. veroordeeld tot een jaar gevangenis en 500 fl. boete die bij openbare inschrijving werd bijeengebracht. Bij het uitbreken der omwenteling haalt hij, op 26 Aug. 1830, de Franse driekleur aan het stadhuis neer, vervangt ze door de Brabantse kleuren en doet deze overal in de stad aanvaarden en toejuichen. Tijdens de omwentelingsdagen staat hij met Rogier aan het hoofd der extremisten en trekt met een afvaardiging naar prins Frederik te Antwerpen, die hem doet aanhouden en vonnissen om gefusilleerd te worden. Voorlopig in vrijheid gesteld, keert hij naar Brussel terug, maar speelt geen politieke rol meer. Candidaat voor het Congres , wordt hij tot zijn teleurstelling niet verkozen. Op 29 Nov. 1830 tot inspecteur-generaal van het gevangeniswezen benoemd, zal hij dit ambt tot 26 Mei 1861 waarnemen. In die hoedanigheid pleit hij voor de toepassing van het cellulair stelsel en verdedigt het, samen met talloze andere hervormingen, op de internationale congressen voor strafrecht. Hij ijvert voor volksopvoeding, volkshuisvesting en is een van de leidende inrichters der internationale congressen voor weldadigheid. Op 11 Jan. 1847 tot corresponderend en op 4 Mei 1859 tot titelvoerend lid benoemd van de klasse der letteren der Académie des Sciences, schenkt hij nadien zijn bibliotheek aan deze instelling, waar ze in een aparte zaal, rond zijn borstbeeld, is opgesteld. In 1857 breekt hij, die steeds liberaal unionist was geweest, met zijn partij over de kwestie der weldadigheidsinstellingen en gaat over tot het katholicisme. Als herinrichter van de Journal de Bruxelles, die hij van 1863 tot zijn dood zal besturen, als stichter van de Revue Générale, als onvergelijkelijk organisator en bezieler der Katholieke Congressen van Mechelen in 1863, 1864 en 1867, vervulde hij een leidende taak in deze partij.DR M. CORDEMANS
Lit.: E. Rubbens, Ed. D., 2 dln (1929-1934).