gemeente in het N. der provincie Gelderland, groot 7734 ha met (31 Mei 1947) 5550 inw., bijna allen Prot. De bodem bestaat in het midden en Z. uit zand, in het N. ten dele uit laagveen, langs het IJselmeer gedeeltelijk uit klei.
Ongeveer 2/5 van de gemeente is cultuurgrond, waarvan 68 pct grasland en 32 pct bouwland. Landbouw (in het Z. gemengde bedrijven, in het N. meer uitsluitend veehouderij) is hoofdmiddel van bestaan. In de gemeente is in 1947 een kruidencoöperatie opgericht, waaraan in 1948 door 360 landbouwers met een oppervlakte van 60 pct aan de teelt van geneeskrachtige kruiden (vingerhoedskruid, valeriaan, pepermunt enz.) wordt deelgenomen. De gemeente omvat de dorpen Doornspijk, 775 inw., Oosterwolde, 262 inw., Oostendorp, 415 inw., Kampernieuwstad, 135 inw., en ’t Harde, 327 inw., benevens een aantal buurten en meer landgoederen. Ook een gedeelte van de Legerplaats bij Oldebroek behoort onder deze gemeente. Men vindt er veel ongerept natuurschoon; het vreemdelingenverkeer neemt toe (strand, bossen, polder). Het oude dorp werd bij de stormvloed van Febr. 1825 bijna geheel verwoest.