ook biphenyl (phenylbenzol): C6H6.C6H5 , komt voor in steenkoolteer en ontstaat door benzoldampen te leiden door een gloeiende buis. Het vormt kleurloze blaadjes, lost gemakkelijk op in alkohol en aether, doch niet in water.
Het smelt bij 71 gr. C. en kookt bij 254 gr. C. Daar het, ook bij hogere temperaturen, zeer stabiel is, wordt het veelvuldig gebruikt als warmte overdragende stof (Dowtherm) o.a. bij de raffinage van smeerolie. Door tussenschakeling van deze stof bij de verwarming met stoom van hoge druk worden de complicaties vermeden, die het gevolg zijn van het gebruik van deze hoge drukken in het eigenlijke apparaat. Zelfs is diphenyl ook wel voorgesteld ter vervanging van water in stoommachines voor hoge temperaturen, met het voordeel dat zelfs bij 400 gr. C. de druk nog maar 7 atm. bedraagt. Gechloreerde derivaten van diphenyl vinden onder de naam arochloor toepassing als oplosmiddel, weekmaker en isolatiemateriaal. Een derivaat is voorts het benzidine, p diaminodiphenyl, waarvan verder vele kleurstoffen zijn afgeleid.Lit.: Thorpe’s Dict. of Applied Chemistry 4th Ed. (1940), 4, 10.
