Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 28-12-2022

CROFTERS

betekenis & definitie

(croft = een tot het huis behorend grondstuk) zijn in Schotland de kleine pachters voor een jaar, die zich in een dergelijke positie bevinden als de Ierse en ook vaak lijden onder de druk van de middle men, die als grote pachters tussen hen en de grondbezitters staan. Vroeger trof men ze in groot aantal door geheel Schotland aan, later zijn zij uit Neder-Schotland verdwenen en in plaats der crofts zijn pachtgoederen van 60-80 ha gekomen.

In andere streken, vooral op de eilanden, komen de crofters nog veel voor. Daar de toestand der kleine pachters zeer treurig was, hebben soortgelijke leuzen als die der Ierse landliga ook hier ingang en in de Highland Land Law Association haar orgaan gevonden. Op de eilanden Skye en Tiree kwamen in 1875 en 1886 onder invloed van deze liga rustverstoringen voor. De Irish Landact van 1881 werkte aanstekelijk.

De uitbreiding van het kiesrecht tot huismanskiesrecht in 1885 ontnam aan de landlords veel van hun politieke invloed. De slechte toestand eiste nu snelle voorziening en zo kwam de Crofters’ Act in 1886 tot stand, die deels verder, deels minder ver ging dan de Ierse wet. De crofter kan niet van zijn erf gezet worden, zolang hij zich aan het pachtcontract houdt, maar kan van zijn kant de pacht opzeggen met een termijn van 1 jaar, waarbij hij recht heeft op vergoeding voor de intussen door hem aangebrachte verbeteringen. Ook kan hij de pacht aan het een of ander lid van zijn familie nalaten, doch de landheer kan de opvolger weigeren, mits op redelijke gronden, waarover geprocedeerd kan worden.

< >