is een boomvaren, voorkomend in Z.O.-Azië (vooral veel op Sumatra), die op de stelen der jonge bladeren dicht bedekt is met goudgele haren, welke in de oude geneeskunde als pili cibotii gebruikt werden. Dit product heeft nl. buitengewoon sterke bloedstelpende eigenschappen: pili cibotii doen bloed in 2 min stollen, spons in 9 en zwam in 10} minuut, terwijl onder dezelfde omstandigheden het bloed in 20 à 25 min. spontaan coaguleert.
De Cibotiumharen zwellen nl. tot hun vijfvoudig volume op en onttrekken aan het bloed al het vocht; zij behouden deze eigenschap ook nadat zij op verschillende wijzen gereinigd en steriel gemaakt zijn.Ook later heeft dit product weer de aandacht getrokken, zo ca 1890. Ondanks de gunstige eigenschappen heeft men echter nooit kans gezien het weer te doen herleven, daar men op moeilijkheden stuitte bij het verzamelen van voldoende materiaal om een lonende handel mogelijk te maken. Wegens de grote zwelbaarheid heeft Cibotium haar ook belangstelling gewekt in verband met wetenschappelijk celwandonderzoek.
DR A. D. J. MEEUSE.