Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 28-12-2022

Ceilulosenitraat

betekenis & definitie

veelal nitrocellulose, is een transparante, lichte stof, die zich gemakkelijk in allerlei vormen laat brengen en daardoor als grondstof voor allerlei producten gebruikt kan worden. Men maakt er lakken van.

Oorspronkelijk werden de films er van gemaakt en men heeft er zelfs kunstzijden weefsels uit gefabriceerd. Wegens haar grote brandbaarheid is de nitrocellulose op deze gebieden grotendeels verdrongen door het celluloseacetaat. Haar voornaamste toepassing ligt op het gebied der springstoffen, waar haar grote brandbaarheid juist een deugd is.Hoewel de nitratie reeds mogelijk is door cellulose met salpeterzuur te behandelen, wordt deze reactie in de practijk steeds uitgevoerd met een mengsel van salpeterzuur en zwavelzuur, dat als wateronttrekkend middel dient en hoe meer zwavelzuur men t.o.v. de salpeterzuur toevoegt, hoe verder de nitratie gaat, hoe meer nitrogroepen in het cellulosemolecule worden ingevoerd en hoe hoger dus het stikstofgehalte van het product wordt. De verschillende nitraten die daarbij gevormd worden hebben ook verschillende eigenschappen en worden daardoor voor verschillende toepassingen gebruikt, zoals uit het volgende blijkt:

10,7-11,2 pct stikstof. Oplosbaar in alkohol. Met kamfer, triphenylphosphaat, dibutylphtalaat enz. gecombineerd tot celloloïd plastics.
11,2-11,7 pct N. Oplosbaar in methylalkohol, ether-alkohol, ethylacetaat, aceton en andere oplosmiddelen. Geschikt voor de vervaardiging van films, lakken en nitraat rayon (kunstzijde).
11,8-12,3 pct N. Oplosbaar in de gebruikelijke esters als: ethyl-, butyl- en amylacetaten, etheralkohol en aceton, maar slecht oplosbaar in aethylalkohol. Geschikt voor de fabricatie van lakken, kunstleer en gelatineuze springstoffen.
12,4-13,0 pct N. Gedeeltelijk oplosbaar in de gewone oplosmiddelen, maar gemakkelijk oplosbaar in aceton. Gebruikt voor springstoffen van het type: rookloos kruit.

Ceilulosenitraat wordt gemaakt in een lange scala van diverse viscositeit. De laagvisceuze typen zijn geschikt voor celluloselak, terwijl uit de typen met hogere viscositeit dunnere en gemakkelijk buigbare films gemaakt kunnen worden. De hoogvisceuze typen vormen de grondstof voor springstoffen. Voor details der fabricage wordt men naar de literatuur verwezen.

DR IR A. L. VAN SCHERPENBERG

Lit.: E. Ott, Cellulose and cellulose derivatives (New York 1943); Ch. Dorée, The methods of Cellulose Chemistry (London 1947).

< >