zijn aetherische oliën, die door stoomdestillatie gewonnen worden uit de rijpe, geel gekleurde bloemen van de tot de fam. der Anonaceeën behorende, hoge boom Cananga odorata Hook.f. Van de variëteit en van de bereiding hangt het af, of men de dure ylang-ylangolie of de veel goedkopere canangaolie wint.
Uit de op Java aanwezige aanplantingen wordt uitsluitend cananga-olie gewonnen. De canangacultuur vindt men in de residentie Bantam en in de buurt van Cheribon en is vooral in handen van inlanders en Chinezen. De bloemen moeten vroeg in de ochtend geplukt en zo vers mogelijk gedestilleerd worden. Cananga-olie is geel tot lichtbruin van kleur, heeft een s.g. van 0,9080,925, brekingsindex 1,495-1,506, estergetal 1535, zuurgetal 0,5-2, lost in 1 à 3 vol. 95-pct alkohol op.
De olie wordt veel in de parfumerie en bij de bereiding van fijne zepen gebruikt. In 1937 bedroeg de uitvoer ruim 22 ton, die voor het grootste deel naar de V.S., Frankrijk en Japan werden uitgevoerd. De ylang-ylangolie wordt veel zorgvuldiger en met kortere destillatietijd bereid en kenmerkt zich door fijnere geur en veel hoger estergetal (steeds boven de 100) en meestal hoger s.g. 0,911-0,967 en is oplosbaar in 0,5-2 vol. go pct alkohol. De oudste winning is op de Philippijnen en levert nog steeds de fijnste olie; de meeste komt thans van Madagascar en Réunion.Lit.: P. A. Rowaan, De aetherische oliën van Ned. Indië.
Uitg. Ver. Kol. Inst.
Amsterdam, Med. XLVII 1938.
