Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 28-12-2022

CADMIUM

betekenis & definitie

afgeleid van het Griekse kadmia, aarde, symbool Cd, atoomgewicht 112,41, atoomnummer 48, werd in 1817 als verontreiniging in zinkerts ontdekt. Het komt vnl. voor in kleine hoeveelheden (o, 1-0,4 pct) in alle zinkertsen; specifieke mineralen zoals het sulfide: greenockiet (CdS) en het carbonaat, otaviet zijn zeldzaam en technisch hebben deze geen betekenis.

Het metaal wordt gewonnen bij de zinkbereiding (z zink), doordat het wegens zijn grotere vluchtigheid het eerst overdestilleert en als bruin oxyde neerslaat, waaruit het door reductie met kool wordt gewonnen. In de latere tijd wordt echter het grootste deel gewonnen bij de electrolytische zinkbereiding, waarbij het met zinkstof uit de oplossing wordt neergeslagen. Ook bij de lithopoonbereiding wordt cadmium gewonnen. De V.S., Mexico en Canada zijn de grootste producenten, daarna pas Duitsland, België en Frankrijk.

De wereldproductie bedraagt omstreeks 6000 ton.

Cadmium is een wit, zacht metaal, dat veel gelijkt op tin. Het sm.pt bedraagt 320,9 gr. C., k.pt 767 gr. C., het soortelijk gewicht is 8,65.

Aan de lucht bedekt het zich met een dun oxydlaagje, maar is verder zeer bestendig, bij hoge temperatuur verbrandt het volkomen tot een bruin oxyde. Door salpeterzuur en moeilijker door zoutzuur en zwavelzuur wordt het opgelost.

Cadmium vindt in toenemende mate practische toepassing. Reeds lang bekend is de toepassing van cadmium als bestanddeel voor gemakkelijk smeltbare legeringen (z bismuth). Enige toepassing vindt het ook met nikkel gelegeerd in lagermetalen en in een gehalte van 0,5-1 pct ter verhoging van de vastheid toegevoegd aan koper voor electrische geleidingen in de open lucht en kabels. Cadmiumamalgaam (Evans-cement) werd gebruikt in de tandtechniek en elders voor het opvullen van gaten.

Ook is het aanwezig in het Weston-normaalelement. Cadmium wordt ook wel gebruikt in soldeer ter vervanging van tin, in het bijzonder voor het solderen van zink. De belangrijkste toepassing echter, die eerst van latere tijd dateert, is bedekking van ijzer en staal, langs electrolytische weg (galvanische bedekking) met een laagje cadmium („vercadmiummen”). Deze bedekking is aanzienlijk beter bestendig tegen atmosferische corrosie dan die door zink (gegalvaniseerd ijzer) en is mechanisch sterker dan die door tin (blik), hetgeen bovendien achteraf moeilijk langs galvanische weg kan geschieden.

Door organische zuren wordt het echter aangetast, zodat het voor eetgerei niet gebruikt kan worden. Ook als ondergrond voor het galvanisch aanbrengen van een nikkel- of chroomlaag is cadmium zeer geschikt. Als electrolyt wordt een cyanide-houdend bad gebruikt. Reeds zeer dunne lagen aldus verkregen (20-25 gr- Cd/m2) geven een volkomen bescherming tegen roesten, doordat de laag, anders dan van nikkel, niet poreus is.

[i]

< >