(Bordeaux 1879-1944), is een ook in Nederland bekend Frans schrijver over staatsrecht, vooral over administratief recht. In 1907 werd hij belast met het geven van colleges aan de universiteit van Rennes, ging spoedig over naar Bordeaux, waar hij had gestudeerd en werd daar in 1922 gewoon hoogleraar in het publiek recht.
Hij doceerde daar naast zijn leermeester Duguit, met wie hij nauw samenwerkte en zeer bevriend was. Hij deelde veel van diens opvattingen, maar ging niet geheel met zijn zienswijze mede. Met name was hij minder afkerig van algemene en deductieve beschouwingen, minder positivist, al ging ook hij van de feiten uit. Sinds 1935 had hij mede de leiding over de Revue de droit public.Bibl.: (voornaamste werken): Précis élémentaire de droit public (6de dr., 1944); Précis élémentaire de droit administratif (4de dr., 1943); De la répression des fautes commises par les fonctionnaires publics, diss. (1903); Le contrôle jurisdictionnel de l’administration ( 1934.); Le droit et l’Etat dans la doctrine national-socialiste (2de dr., 1939); Syndicalisme, corporations et Etat corporatif (1937); La guerre de 1939/’40 et le droit public (1940); Les actes constitutionnelles de 1940 (1942). Voorts vele artt. in tijdschriften over publiek recht.
