of afhankelijke zin noemt men dat deel van de samengestelde zin, dat daarin dezelfde dienst verricht als een zinsdeel in de enkelvoudige zin. Er zijn dan ook evenveel soorten van bijzinnen als er soorten van zinsdelen zijn.
Bovendien heeft een bijzin meestal een andere woordorde dan de enkelvoudige zin en de hoofdzin: het onderwerp en de persoonsvorm van de bijzin staan niet naast elkaar. Bijv.: Hij kwam niet, omdat hij wegens de vele opdrachten moest overwerken. Als de bijzin geen bepalingen bevat of de letterlijke aanhaling van iemands woorden is, heeft hij de woordorde van de hoofdzin. Bijv.: Hij hoorde het niet omdat hij sliep.
De spreker zei: „Ik ben het met deze opmerking niet eens”. Het komt bovendien voor dat de bijzin ter wille van de nadrukkelijkheid der mededeling een bijzondere woordorde heeft, waarin onderwerp en persoonsvorm naast elkaar staan, terwijl de zin tevens inversie heeft. Bijv.: Komt hij morgen niet, dan vind ik hem een schurk = Als hij morgen niet komt, dan vind ik hem een schurk.Men verdeelt de bijzinnen in onderwerps-, gezegde-, meewerkend-voorwerps-, lijdend-voorwerps-, oorzakelijk-voorwerpszinnen, bijvoeglijke en bijwoordelijke bijzinnen zin).
DR B. VAN DEN BERG