of Verlegde Maas heet de gegraven nieuwe Maasmonding naar de Amer en het Hollandsch Diep. Deze zelfstandige afvloeiing van het Maaswater naar de getijdenwateren tussen de Zuidhollandse eilanden ging gepaard met een afsluiting van de Maas bij Andel; d.w.z. met een volledige scheiding van de Maas en de Waal, die voor die tijd (voor 1904) bij Gorcum samenvloeiden.
Deze samenvloeiing was voor beide rivieren een bron van voortdurende afstromingsmoeilijkheden. De Waal moest dientengevolge bij hoge standen over de Heerenwaardense overlaat van een deel van haar overtollige water worden verlost, dat dan de Maas weer zodanig bezwaarde, dat de Beersche Maas, die al zoveel ongemak aan het N.O. der provincie Noord-Brabant veroorzaakte, ten slotte als enige veiligheidsklep kon dienen (4: Beersche Maas en Maas). De Bergsche Maas verlaat de Maas bij het „Heleind” nabij Heusden en volgt dan van Keizersveer af ongeveer de loop van het vroegere „Oude Maasje”.Lit.: M. G. E. Bongaerts, De scheiding van Maas en Waal, onder verlegging van de Maas naar de Amer (1909).
